U bent hier:

S&S stage: Intensive Care

Stage 2: Intensive Care, LUMC 

Deze student heeft deze stage een kwartaal later opgevolgd.

ECG-gebaseerde bloeddruksimulatie van IC-pacemakers voor training van IC verpleegkundigen.

Mijn tweede stage liep ik op de IC in het LUMC. Deze stage was heel duidelijk onderverdeeld in 4 weken klinisch, waarin je als coassistent meeloopt op de IC, en 6 weken technisch, waarin je zelfstandig aan je technische opdracht werkt.

Klinisch:
In het LUMC gooien ze je lekker in het diepe en krijg je snel veel verantwoordelijkheden. Je krijgt je ‘eigen’ patiënt waarbij je je verdiept qua kennis, deelneemt aan overleggen en klinische handelingen uitvoert. Daarnaast kun je met alle andere interessante patiënten natuurlijk ook meekijken en meedoen. Een van mijn belangrijkste lessen is dat je stage lopen moet zien als ‘cherry picking’. Op zoek gaan naar dingen die voor jou interessant zijn en dan de mensen de oren van het lijf vragen! Om jullie een idee te geven zal ik hieronder een van mij dagen beschrijven. Kleine disclaimer wel… Dit was een van de vetste klinische dagen van mijn stage. Er zaten ook dagen tussen waarbij er niks te doen was en ik naar de klok heb zitten kijken totdat het tijd was voor de overdacht.

De dag begon met de overdracht van de nachtdienst, waarbij alle patiënten kort besproken werden. Ik noteerde snel mee om alvast inzicht te krijgen in wie interessant zou zijn om op te pakken. Vervolgens werden op de unit de patiënten verdeeld; ik koos ervoor om patiënt X onder mijn hoede te nemen, omdat ik me wilde verdiepen in respiratoire insufficiëntie en beademingsinstellingen. Ik werd gekoppeld aan een anios die mij zou superviseren.

Na een korte ronde langs de patiënten met het hele artsenteam, waarin we ons aan de patiënten en verpleging voorstelden, verdiepte ik me in de voorgeschiedenis van mijn patiënt. Daarna bezocht ik de patiënt zelf, overlegde met de verpleging, voerde lichamelijk onderzoek uit en stelde veel vragen aan de beademingsspecialist die toevallig aanwezig was voor een lopend onderzoek. Ik verwerkte alle bevindingen in de status en ging daarna met de patiënt, anios en verpleging naar de CT-scan – een hele operatie met een IC patiënt.

Tijdens de visite presenteerde ik mijn patiënt en hield ik het overzicht van de status en actiepunten bij. Na de lunch keek ik mee bij de opname van een postoperatieve thoraxpatiënt. Even later kwam er een reanimatiealarm binnen, mijn begeleider vroeg of ik mee wilde, dus ik rende er snel achteraan, maar bij aankomst bleek onze extra hulp niet nodig. Terug op de unit volgde een korte onderwijssessie (micro-teach) over het mobiele ECMO-team. Daarna nam ik deel aan het MDO, waarbij mijn patiënt besproken werd en ik de inleiding verzorgde.

Aan het eind van de middag was er een nieuwe patiënt opgenomen met een cardiogene shock en omdat het niet lukte om haar bloeddruk op pijl te houden, werd besloten een ECMO te plaatsen. Ik stond aan het hoofd van de patiënt en kon alles perfect zien. Door de ECMO plaatsingen waren we te laat voor de overdracht die altijd om 16:15 begint, maar ze hadden mijn patiënt overgeslagen dus die kon ik mooi nog even overdragen toen ik om 16:45 binnen kwam.

Technisch:
Na cardiochirurgische ingrepen worden vaak tijdelijke epicardiale pacemakerleads achtergelaten om het hartritme van de patiënt tijdelijk te kunnen overnemen. Op de IC van het LUMC wordt hierover op unieke wijze onderwijs gegeven met behulp van een Intersim simulator, waarmee het instellen van een externe pacemaker realistisch kan worden geoefend. Bij deze simulatie werd eerst alleen het hartritme weergegeven. Om het onderwijs realistischer te maken, is het doel om ook andere vitale parameters zoals arteriële bloeddruk en CVD-curve te simuleren. Hierdoor kunnen cursisten bijvoorbeeld een acute bradycardie met hemodynamische instabiliteit herkennen en hier adequaat op handelen. Dit verhoogt de waarde van de training aanzienlijk.

Het project loopt al 2 jaar en mijn voorgangers hadden al heel veel gedaan, het was eigenlijk bijna klaar: alle benodigde curves waren al gesimuleerd. Echter, de simulatie werkte nog niet goed voor alle ritmestoornissen, een van de doelen waar ik aan heb gewerkt. Daarnaast heb ik bij het gebruik van de simulatie tijdens trainingen, verschillende verbeterpunten gesignaleerd en opgepakt.

De onderliggende Python-code was complex en werkte met object-oriented programming (OOP), waarbij je met behulp van objecten en klassen de structuur van de code logisch opbouwt en beheert. Hier had ik nog nooit mee gewerkt, wat het in het begin lastig maakte, maar juist ook ontzettend leuk om me in te verdiepen en onder de knie te krijgen. Uiteindelijk ben ik voornamelijk bezig geweest het classificeren van ritmes d.m.v. piekdetectie en dan de gewenste curves simuleren bij dat specifieke ritme.

Sponsoren